Amsterdammers waardeerden hun buurt in 2021 gemiddeld met een 7,6. Dat oordeel varieert tussen buurten van een 6,1 in De Punt in Nieuw-West tot een 8,9 in Nieuwendammerdijk in Noord. Veel factoren zijn van invloed op hoe men de eigen buurt en de rest van de stad beoordeelt. Een randvoorwaarde voor een leefbare stad is dat het er veilig is. Maar ook dat de stad schoon is en goed onderhouden, en dat mensen zich er gemakkelijk kunnen verplaatsen. Naast deze randvoorwaarden biedt een leefbare stad voldoende plek om elkaar te ontmoeten. Voldoende groen en een divers aanbod van kunst en cultuur zijn daarbij essentieel.
Leefbare & veilige stad
Op deze pagina
Er is minder criminaliteit in de stad maar sinds corona voelen Amsterdammers zich onveiliger en ervaren ze meer overlast
Volgens de veiligheidsindex verbeterde de veiligheid in Amsterdam tussen 2014 en 2019, om in 2020 weer te verslechteren. De pandemie is waarschijnlijk de oorzaak dat de overlastscore (met name van personen) in 2020 is toegenomen, net als de onveiligheidsbeleving. Mensen waren meer thuis en namen meer waar in hun buurt. In de binnenstad was juist minder overlast, waarschijnlijk doordat er minder bezoekers waren.
De criminaliteit blijft dalen over de jaren heen. Waren er in 2012 nog 99.338 geregistreerde misdrijven in de stad, in 2021 waren dat er 63.685. Ook hierbij is in 2020 een effect te zien van de coronacrisis: delicten als woninginbraken en zakkenrollerij namen af doordat mensen minder buiten waren en er minder bezoekers in de stad waren.
Hoewel de commune criminaliteit is gedaald, geven andere – meer onzichtbare – vormen van criminaliteit reden tot zorg. De online criminaliteit nam toe. Uit onderzoek in het OIS stadspanel (uitgevoerd rond de start van de coronacrisis) bleek dat 9 op de 10 Amsterdammers zich wel eens zorgen maakt over hun online veiligheid. Gezien de gestegen registraties rondom cybercrime lijkt deze zorg terecht.
Strategische vragen
Doordat het leven van Amsterdammers vanwege corona zich meer achter de voordeur afspeelt en er signalen zijn dat als gevolg daarvan het aantal gevallen van huiselijk geweld toeneemt, is er aanleiding om de gegevens daarover nauwgezet te volgen. Vooralsnog is er geen sprake van een sterke toename in het aantal meldingen bij Veilig Thuis.
Bij ondermijning maakt de onderwereld bij de uitoefening van hun illegale activiteiten gebruik van legale structuren uit de bovenwereld. Een groot deel van de ondermijnende criminaliteit in Amsterdam heeft te maken met conflicten in de drugshandel. Amsterdammers maken zich (veel) zorgen om de drugscriminaliteit, met name cocaïne, die gepaard gaat met geweld (48 procent).
Waar het geweld rondom georganiseerde criminaliteit eerder vooral onderling gericht was, richt het zich nu ook op de journalistiek, opsporing en rechtspraak. Daarnaast waren er in 2020 in Amsterdam 51 incidenten waarbij een gebouw werd beschoten of een explosief tot ontploffing werd gebracht of werd achtergelaten. Niet van al deze incidenten is een link met drugscriminaliteit bekend.
‘Heel en schoon’ krijgen een voldoende, wel meer afval sinds corona
Een leefbare stad is niet alleen veilig maar ook schoon en goed onderhouden. Toenemende drukte en groei van de stad leiden tot een steeds intensiever gebruik van de openbare ruimte. In Amsterdam (inclusief Weesp) is 30 miljoen m2 van het oppervlak verhard, onder meer door wegen en straten. 84 procent van de verhardingen in de stad is volgens inspectie heel en veilig, technisch goed op orde of zo goed als nieuw; voor 16 procent van de verhardingen is dat niet het geval.
Zwerfvuil
CROW-scores brengen op basis van zwerfvuiltellingen in kaart hoe schoon het is op straat. Met name in grote delen van Nieuw-West, Zuidoost en in de wijken aan weerzijden van de Amstel is het minder schoon dan gemiddeld in de stad. Amsterdammers geven het onderhoud van de straten gemiddeld een 6,7. Centrum en Oost scoren het hoogst (6,9) en Noord het laagst (6,2). Het schoonhouden van de straten krijgt een 6,3, met het laagste cijfer in Nieuw-West (5,8) en het hoogste cijfer in Centrum (6,6).
Restafval
In het eerste coronajaar 2020 werd er meer afval opgehaald dan in 2019. Het aantal kilo restafval per inwoner steeg van 221 naar 233, grofvuil van 26 naar 32 kg, glas van 18,4 naar 21,4 kg en papier van 19 naar 19,8 kg. In 2021 werd er weer minder afval per inwoner opgehaald. De toename van afval tijdens corona was ook te zien in het aantal afvalmeldingen bij de gemeente: ruim 156.000 in 2020, 66 procent meer dan een jaar eerder. In 2021 zet deze lijn – weliswaar minder sterk – door naar zo’n 184.000 afvalmeldingen.
In 2020 werd in totaal 327.853 tonnage afval opgehaald in de stad, een jaar eerder was dat 304.461 tonnage. Er werd in 2020 vooral meer grofvuil en glas opgehaald dan in 2019. In 2021 werd er weer iets minder afval opgehaald, maar nog altijd meer dan in 2019. De toename van afval is ook te zien in het aantal afvalmeldingen dat de gemeente binnenkreeg: in 2020 waren dat er ruim 156.000, 66 procent meer dan een jaar eerder.
Bruggen en kades
De gemeente is verantwoordelijk voor het beheer en onderhoud van in totaal zo’n 1800 bruggen en 600 kilometer kades en oevers in de stad (exclusief kades in particulier bezit) en zaken als verhardingen, groen en tunnels. Het bruggen- en kademuurareaal is oud en er is sprake van fors achterstallig onderhoud. Circa 850 verkeersbruggen en circa 200 kilometer kademuren die een belangrijke rol hebben in het functioneren van de stad, worden versneld aangepakt met onderzoek, veiligheidsmaatregelen en een vernieuwingsprogramma. Op basis van de huidige inzichten is de verwachting dat zo’n 80 tot 125 bruggen en circa 60 km kademuur de komende decennia vernieuwd moeten worden.
Amsterdammers geven het groen in de stad een 7, hoeveelheid groen verschilt per stadsdeel
Groen is voor veel Amsterdammers van grote waarde om te genieten van de natuur, te ontspannen, te sporten of om samen te komen. In vergelijking met andere Europese steden is Amsterdam een groene stad. In de stad is 6.673 hectare groen in de publieke ruimte en er staan ongeveer 1 miljoen bomen in de stad. In 2020 werden 1.569 bomen geplant/vervangen; in 2021 was de verwachting om circa 2.300 bomen te planten en voor 2022 staan er ongeveer 2.500 te planten bomen op de planning. Amsterdammers waarderen het groen in de stad gemiddeld met een 7. Dit oordeel verschilt weinig tussen de stadsdelen. Wel is er een verschil in de hoeveelheid groen dat Amsterdammers in hun woonomgeving zien: in stadsdelen buiten de ring geven meer Amsterdammers aan veel groen in de omgeving te hebben dan in stadsdelen binnen de ring.
Verkeer en parkeren
In een leefbare stad kunnen Amsterdammers zich gemakkelijk en snel door de stad verplaatsen. Het gemiddelde autobezit in de stad is de afgelopen jaren gedaald. Dat komt doordat het aantal inwoners sterker groeide dan het aantal auto’s. Desalniettemin wordt in totaal ongeveer 11 procent van de openbare ruimte in Amsterdam in beslag genomen door geparkeerde auto’s. Ruim 40 procent van die auto’s staat het grootste deel van de dag stil. In het centrum is overdag ruim 80 procent van de parkeerders een bewoner, ’s avonds loopt dit op tot ruim 90 procent. Bezoekersauto’s zijn een zeer beperkt deel van de geparkeerde auto’s die nu op straat staan.
De afgelopen jaren is flink ingezet op het autoluwer maken van de stad door minder ruimte aan de auto te geven (onder andere door parkeerplaatsen op te heffen) en meer aan fietsers en voetgangers. In het kader van Amsterdam autoluw verdwenen in 2021 ruim 1500 parkeerplaatsen; in 2019 waren dat er ruim 1100. Momenteel zijn er nog ongeveer 265.000 parkeerplekken in de openbare ruimte in Amsterdam, waarvan 154.000 betaald parkeren. Daarnaast is het aantal snorfietsen en snorscooters in de stad gedaald sinds die op veel plekken geen gebruik meer mogen maken van het fietspad. Het aantal motorfietsen en bromfietsen, die altijd al van de rijbaan gebruik moesten maken, is in 2020 na jaren van daling weer toegenomen.
Verplaatsingen
Het aantal verplaatsingen dat Amsterdammers dagelijks maken is in 2019 iets afgenomen. Wel werd in 2019 een recordaantal ritten gemaakt met het Amsterdamse openbaar vervoer, maar na de uitbraak van het coronavirus viel dit – net als het aantal verplaatsingen in het algemeen – sterk terug.
Kunst en cultuur
In een leefbare stad is er een breed aanbod van kunst en cultuur en is er voor ieder wat wils. De kunst en cultuursector in Amsterdam heeft flink geleden onder de coronacrisis. Waar in 2018 nog ruim acht van de tien Amsterdammers (83 procent) uit gingen of een bezoek aan een cultuurinstelling brachten, ligt dit aandeel twee jaar later op 73 procent. Bioscopen en musea zijn de meest bezochte uitgaansgelegenheden, maar door tijdelijke sluiting is het aantal Amsterdammers dat deze instellingen heeft bezocht sterk gedaald. In 2020 lagen de bezoekersaantallen voor musea 68 procent lager dan in 2019 en in 2021 (tot en met oktober) 76 procent lager.
Uitgelicht: de binnenstad
De leefbaarheid in de binnenstad is in de jaren voor de coronacrisis onder druk komen staan door toenemende bezoekersaantallen en de overlast dat veroorzaakt. Zo zakte de buurttevredenheid in Centrum vanaf 2017 van 8,1 naar 7,8 in 2019. De overlast is in Centrum is het hoogst van de hele stad. Met name de overlast door personen is in Centrum, in tegenstelling tot in andere stadsdelen, in 2020 gedaald, waarschijnlijk door de afname van bezoekers.